
Wat liefde betreft lijkt het mij niet mee te zitten. De ene hield meer van drugs dan van mij, de ander besloot vreemd te gaan en “de liefde van mijn leven” bleek eerder een hele goede vriend te zijn. Na al deze bullshit besloot ik maar eens flink van het leven te gaan genieten. En met genieten bedoel ik wijn en mannen, veel wijn en mannen. Na een aantal hopeloze pogingen tot een serieuze relatie was dit een openbaring. Verantwoorden is niet nodig, je hebt zeeën van tijd en wanneer je je wel alleen voelt of trek hebt in wild vlees zijn er altijd wat vrijwilligers die binnen no time aan de deur staan. Begrijp mij niet verkeerd, mijn gedrag is verre van die van een slet. Ik heb nogal zo mijn voorkeuren, ik zou 85% van de mannen afkeuren. Puur omdat het niet goed voelt, zijn gezicht niet aantrekkelijk genoeg is om op te zitten, hij een vreselijke hoge eigendunk heeft, te jong of te oud is, en ga zo maar even door. Daarnaast is het simpel weg ontzettend vermakelijk om iemand die jou zo graag wilt, af te wijzen. Alsof hij de wereldcup verliest, beeldig gezicht.
Maar nu, een aantal maanden later, zit ik met een gebroken hart en enorme luddevedu. Iets wat ik zelf verre van gepland had. Ik ben niet zo gauw onder de indruk van een man en ik heb veel tijd nodig om door te krijgen hoe leuk iemand is. Ook dit keer dacht ik aan het begin van deze hele poppenkast dat deze meneer niet lang zou bleven hangen. Zo’n eendagsvlieg, of een weekvlieg, maximaal. Al gauw vertoonde hij absurd bedrag, misschien wel geobsedeerd. Hij klom midden in de nacht via mijn dak naar het balkon om mij vervolgens doormiddel van harde bonken op het raam wakker te maken. Mijn hart zat in mijn keel en leek elk moment te kunnen stoppen met kloppen. Ja shit hey, doe dan maar nog alsof je daar doorheen bent geslapen, onmogelijk natuurlijk. Half ontbloot deed ik open en liet hem met een geïrriteerde blik op mijn gezicht binnen. Hij moest bij me zijn, wilde me aanraken, naast me slapen en had daar blijkbaar alles voor over. Het enige wat door mijn hoofd ging was hoe ik deze meneer zo snel mogelijk mijn huis uit kon werken. Hij was amper te verstaan, hij was ladderzat. Hij leek niet door te hebben dat zijn actie vrij absurd en misschien ook wel een tikkeltje wanhopig over kwam. Die balkon scene is namelijk vaker voorgekomen, onder invloed van drank, drugs of nuchter, hij bleef net zo lang kloppen en bellen tot ik open deed. En ik, zo een goed mens dat ik ben, liet hem keer op keer mijn huis in. Wat duidelijk was is dat meneer niet lekker in zijn vel bleek te zitten en ik leek de enige te zijn waar hij zijn verhaal kwijt kon. Lekker, zit ik weer mee op opgescheept.
Waar mijn ideeën over hem precies veranderende kan ik mij niet heel goed heugen. Misschien op het moment dat ik meneer door de voordeur liet, in plaats van het balkon. Met een snelle ademhaling, een hart wat bijna zijn kas uit bonkte en zwetende en trillende handen stond hij voor mijn deur. Ik liet hem binnen en merkte al gauw op dat hij zich geen houding wist te geven. Hij mompelde iets, “Ik vind je leuk”, is wat ik er uit op maakte. Daarna mompelde hij iets wat leek op “Ik ben nog nooit zo zenuwachtig geweest om naar een meisje te gaan”. De meneer die ik voor me had, was een hele andere meneer dan de meneer ik de weken ervoor had meegemaakt. Hij had een bepaalde blik in zijn ogen, een blik die ik niet kon plaatsen. Ik denk dat dit het moment is geweest waar het fout ging. Meneer kreeg gevoelens voor mij waarvan ik spontaan de kriebels kreeg, en nee, niet de positieve kriebels. Hoe ging ik deze meneer de deur wijzen en vriendelijk verzoeken nooit meer terug te komen?
Op een of andere manier bleek ik het niet heel vervelend te vinden om meneer om mij heen te hebben. De seks was niet afschuwelijk, hij rende voor me en naast al zijn drama verhalen hadden we momenten waar we erg met elkaar konden lachen. En dit is het moment waar het helemaal fout ging. Ik kreeg door dat meneer best leuk was en kwam er zelfs achter dat ik hem zelfs mistte wanneer hij er niet was. Ik geef mijzelf niet graag (figuurlijk) bloot en na een lange ontkenningsfase naar mijzelf, hem en mensen om mij heen moest ik toegeven dat ik toch best wel een beetje heel erg idioot bizar krankzinnig gek op deze meneer was. Al wisten we allebei dat wij om meerdere redenen (nog) niet samen konden zijn, besloten we toch elkaar te blijven zien en van elkaar te blijven genieten. Ik zal jullie uit jullie droom halen, hij heeft geen vriendin, ik geen vriend. Maar er zijn een hoop andere redenen waarom wij niet cuddelie cuddelie over straat kunnen lopen.
Maanden lang heb ik mijzelf op de 2e plek gezet, om onder andere anderen een hoop pijn te besparen. Om zijn problemen niet groter te maken dan dat ze al waren. Ik wilde bij hem zijn en leek niet zonder hem te kunnen. Op momenten dat hij er was, was ik gelukkig. Maar op momenten dat hij er niet was, was ik dat niet. Dan gingen mijn gedachten spoken over onze toekomst en ging ik mijzelf dan ook afvragen of die er überhaupt was, terwijl mijn gevoelens voor hem de spuien uit kwamen. Ondertussen werd ik langzaam meegetrokken in zijn shit, had ik dubbele gevoelens over meneer en mij en wist ik eigenlijk niet eens meer wat ik nou eigenlijk precies dacht. De irritaties liepen op, meneer kwam zijn afspraken niet na en leek weinig om het gene dat wat we hadden, te geven. Voor mij een moment om mijzelf maar pijn te doen, voordat hij of anderen dat zouden doen. Ik besloot dat wat wij hadden, beter kon stoppen.
Ik slaap al dagen op zijn kussen, waar ik met mijn neus zijn geur opzoek. Ik probeer niet aan hem te denken, al gaat dat me tot de dag van vandaag niet goed af. Ik probeer me te bedenken of ik wel degelijk de goede keuze heb gemaakt, maar ik denk dat ik niet voor reden vatbaar ben. Meneer is op allerlei manieren geblokkeerd omdat de drang om hem te bellen of te appen te groot is. Soms hoop ik op een wonder, dat hij morgen voor de deur staat en mij verteld dat wij kunnen zijn wie we willen zijn. Dat hij met zijn grote handen mijn gezicht vastpakt, en hij me kust zoals hij dat altijd deed. Zoals in films is niet eens nodig, zoals hij altijd deed, dat is al meer dan genoeg. Dat hij mij met zijn labrador ogen aankijkt zoals hij dat altijd deed, en ik in zijn ogen kon lezen hoe hij mij gemist heeft. Dat hij me vast pakt, ik verzwelg in zijn grote brede armen en mij belooft mij nooit meer los te laten. Maar ik ben bang, dat ook deze niet meer terug komt, nooit.

What do you think?